Op 16 mei 2025 organiseerde het Leger des Heils het vrouwenevent Grow & Glow. Ik ving de dag in deze woorden en gaf ze met een afsluitend optreden aan de gasten mee.
Sta op en schitter. Toen je vanmiddag binnenkwam mocht je meteen beginnen. Je stond direct in the picture, want een stralende vrouw staat klaar met een camera om je te fotograferen.
Ik twijfel even of ik mezelf op de foto zal laten zetten. “Ik zou het maar doen,” zegt een vrouw die me ziet kijken. “Waarom niet?”
Tijd om workshops kiezen. Iedereen kiest verschillend, iedereen straalt verschillend. Schoonheid zoeken met je camera, met je kleding, balans zoeken met Tikva, in beweging komen met een boswandeling, silent disco…
Ik hoorde: “We doen silent disco!” “Ok,” zegt iemand. “Jullie gaan dansen, ik ga kijken.”
“Een workshop over balans zoeken,” zegt iemand tegen haar vriendin. “De agenda is zo vol. Zullen we daar iets over afspreken voor in 2027? Dan komt het wel goed met de balans.”
Iemand zegt: “Vrouwenrechten, dat is ook leuk!” Ik kan haar alleen maar gelijk geven. Ik vind vrouwenrechten ook heel leuk.
Ik vraag iemand: “Was het moeilijk kiezen?” Ze zegt: “Nee!” Ze laat haar briefjes zien. Twee verschillende workshops, allebei in ronde 1. Ze ruilt er gauw eentje om, de eerste les uit de workshops is al binnen: probeer niet op twee plekken tegelijk te zijn.
Er worden glowsticks uitgedeeld. Ik hoor iemand zeggen: “Je hebt te veel sieraden.” De glowstick lijkt er niet meer bij te passen om haar pols. Ik moet denken aan die uitspraak: ‘Vrouwen, laat u niet voorstaan op uiterlijk vertoon…’ De vrouw schuift haar drie armbanden opzij, de glowstick past er gewoon bij. Je kunt best genieten van schoonheid van sieraden en stralen tegelijk.
Stralen op een manier die bij jou past. Of dat nou is door een glowstick om je pols, of als dat ding te klein is en hij in je tas verdwijnt… dat wat jij te brengen hebt valt in het niet bij dat prachtige plastic stokje.
Een stralende vrouw, wie zal haar vinden?
Zij is meer waard dan glowsticks.
Ik hoorde iemand zeggen: “Ik moest zo vreselijk omrijden, over al die wegen…”
Een ander zegt: “Oh wat vreselijk.”
Zegt zij: “Maar het was prachtig, zo’n mooie omgeving.”
Het is maar hoe je het bekijkt. Hoop en licht zijn overal.
We zitten in de grote zaal. “Sta op en schitter,” opent Anita de dag. En een vrouw voegt direct de daad bij het woord, staat op, schitterend, vol moed en liefde, en vraagt of iedereen welkom is. Iedereen is welkom. Christen of niet. Iedereen is welkom. Nou ja… behalve de mannen dan, vandaag. Maar hoe je hier ook zit: je hoort bij de familie.
“Kijk omhoog, daar is de hoop te vinden,” lezen we in Jesaja.
Ik kijk stiekem ook iets lager, naar jullie. Daar is ook een hoop te vinden.
“Duisternis bedekt de aarde, de donkerte de naties.” Maar hier, op jouw vierkante meter, mag jij stralen. Zoals Iris.
Iris staat op het podium, schittert in een gebroken wit pak, een engel zonder vleugel, met een belangrijke boodschap. Als je als mens knakt, als je verdriet voelt, als je pijn voelt, als je duisternis ziet, kijk dan waar je het kan gebruiken als inspiratie om er iets moois mee te doen.
Als de zandloper van je beste vriendin na 11 jaar stopt, terwijl de tijd voor jou doorloopt.
Als je op weg naar je droom in een nachtmerrie terechtkomt.
Als je in het daglicht lijkt te stralen, maar in de nacht alleen bent in het duister.
Martin mocht haar redden. Martin. Die naam. Kennen jullie het verhaal van Sint Martinus? Die alles weggaf wat hij had aan wie het nodig had, tot hij alleen de kleren om zijn lijf had. De eerstvolgende die hem op hulp vroeg gaf hij de helft van z’n mantel. Als je niets hebt en de ander ziet en zegt: “Ik zie jou, ik draag je.” Dat is wat Iris’ heilige Martin doet. Hij gaf alles wat hij had, want hij had meer dan genoeg: hij had oog voor wie er voor hem stond, oog voor wie hulp nodig had. Hij gaf al zijn geld, maar bovenal gaf hij z’n liefde.
Toen Iris vertelde dat ze geen muziek zou maken ging er een lieve teleurstelling door de zaal. Maar haar verhaal, over wat er onder haar muziek schuilgaat… Kwetsbaarheid, verbinding en hoop. Het klonk als prachtige muziek in onze oren.
Een stralende vrouw, wie zal haar vinden?
Een glowstick geeft pas licht als je hem knakt. Als je als mens knakt ontstaan er barsten. Leonard Cohen dicht het mooi: “There is a crack in everything, that’s how the light gets in.”
Ik mocht jullie licht zien vandaag. Hoe jullie wandelend door de natuur liepen, met God, en ook nog je bananen met elkaar deelden. Het leek het paradijs wel.
Ik zag jullie wel, met je lasergun en ontdeugende ogen, hoe jullie de wandelaars probeerden te raken.
Hoe jullie dansten in de silent disco, en niet van elkaar hoorden hoe jullie prachtig vals, maar zo lief, meezongen met a little bit of Mary on the side, a little bit of… al die vrouwennamen uit dat liedje, terwijl on jullie side je zusters meededen.
Hoe de vrouw, die ons op de foto zette aan het begin, later zelf op de foto werd gezet door de fotograaf en zuchtte: “Altijd verschrikkelijk als je op de foto wordt gezet…”
Dat komt denk ik doordat je jezelf niet kan zien. Je kan niet, zoals in de workshop fotografie, in een boom klimmen en omlaag kijken en zien hoe mooi jij op deze aarde rondwandelt.
Hoe je verhalen verzamelt, te veel om te kunnen delen in één workshop levensverhalen schrijven.
Daar hoorde ik: “Het doet ertoe welk verhaal je over jezelf vertelt.”
Laat me je dit verhaal over ons vertellen: we hebben een uniek perspectief. Wij kunnen niet onszelf zien. Wij kunnen elkaar zien. Ik heb jouw ogen nodig. Ik leen je met liefde de mijne.
M’n ogen, m’n oren. Ik hoor je vertellen, als het gaat over vrouwenrechten, hoe je, je tijd ver vooruit na een jaar thuis met je baby tegen je man opstaat en de schitterende woorden zegt: “Jij wil niet hebben dat ik ga werken, maar ik ga toch.”
Ik probeerde vandaag op tien plekken tegelijk te zijn, overal zo zachtjes mogelijk naar binnen te lopen, om de workshops niet te storen. Bij één workshop open ik de krakende deur, zie een geconcentreerde groep vrouwen in een meditatie op de grond zitten. Soms is het niet de tijd om op te staan. Ik doorbreek de concentratie.
Ik zeg: “Ik stoor volgens mij hè?”
Zij: “Ja.”
Ik zeg: “Ik ga weg.”
Ik sluit de krakende deur en haat mezelf. Het laatste wat ik wil is te veel zijn. Te veel ruimte innemen. Ik kijk naar de gesloten deur, zie nog eens de titel van de workshop: ‘zelfcompassie’. Op de gang kan ik op mijn manier alsnog meedoen. Ik mag me vergissen. Ik mag sorry zeggen. Ook tegen mezelf.
Ik hoorde, in de workshop kleur & stijl: lichte kleuren maken optisch groter. Dat is handig te weten voor je outfit, maar ook als je een licht wilt zijn in de wereld. Je hoeft het alleen maar te zijn en je lijkt al groter.
Een vrouw zegt: “Ik heb helemaal geen heupen, ik wilde dat ik ze had. Maar… mijn uniform past altijd!”
Een vrouw staat op, zegt: “Wat voor figuur heb ik?” En de groep geeft meteen antwoord: “Een goed figuur.” Sowieso. God heeft elk figuur gemaakt.
In de pauze vertelt een vrouw me over de cruisevakantie met haar zoon. Ze kan het iedereen aanraden. Dus ik geef het hier graag door. Neem iemand mee op reis, je kind, je moeder, je zuster, zodat je ’s avonds in het donker zulke mooie gesprekken kan voeren, dat je ogen er maanden later nog steeds van oplichten als je erover vertelt. Soms heb je het donker nodig om het licht te zien.
De band heeft opgebouwd. Het eten staat klaar. De maaltijd is voor iedereen. Iedereen is welkom.
Dankjewel dat je hoop geeft, licht bent, of je het zelf nou ziet of niet. Je draagt vrucht, of je nou met een peervormig figuur een banaan weggeeft, een poëtisch mosterdzaadje plant tijdens een wandeling met je naaste. Als je tegen je twijfelende zuster zegt: “Ik zou het maar doen, waarom niet?”.
Een stralende, groeiende vrouw, wie zal haar vinden?
Gevonden!
Kan jouw bijeenkomst ook een goede afsluiter en een mooi aandenken gebruiken?
Laat je gegevens achter!
Verbinden op LinkedIn kan hier!
Meer lezen van Nannette Poortinga?
Bestel haar boek ‘Je kan tenminste zwanger worden’
Lezersreacties
“Het is echt een waanzinnig mooi boek. In taal, in emotie, in vorm, in opmaak, het is eigenlijk een soort boek in theatervorm, je schrijft heel licht maar er zit heel veel onder, het raakt me oprecht.”
“Het is een ervaringsverhaal. Daar zijn er meer van, maar deze is écht goed.”
“Ik heb het in één avond uitgelezen, daarna meteen weer ingepakt en doorgegeven aan een collega die met verdriet thuis zit. En vervolgens weer een nieuwe voor mezelf besteld.”
“Dit boek wil je eigenlijk cadeau krijgen.”
“Het is net alsof je in het theater zit als je het leest.”