Psalm 1, herschreven
Ik schijn een ongelukkig mens te zijn. Ik doe kwaad, betreed de weg van zondaars. Ik zit te spotten aan tafel. Wie wil bij mij horen? Scheid het kaf van het koren, laat maar waaien in de wind, langs die boom aan stromend water met z'n vruchten en z'n bladeren. Geen kale takken in de herfst. Iet wiet waait, nee, niks waait weg. Krom lukt niet waar recht is. Lukt recht niet? Sla dan af. Loopt je weg dood? Keer dan om. Loop je in cirkels? Zoek een weg uit de kring van de rechtvaardigen.
